Behalve enkele publiekstrekkers als de Basiliek van Koekelberg en de Heizel is het westelijke deel van het Brussels Gewest vrijwel onbekend. En toch is het één groot openluchtmuseum voor architectuur, van de middeleeuwse dorpskernen van Anderlecht en Sint-Agatha-Berchem over de kastelen Karreveld en Ter Rivieren tot de pareltjes van de art nouveau, art deco en het modernisme. We hebben ook oog voor de natuur in de stad. Talloze tuinwijken uit de jaren 1920 en 1930 poogden de arbeider een gezonde leefomgeving te verschaffen. En enkele vergeten restgebieden werden onlangs omgetoverd tot onverwachte groenzones. Een gevarieerde tocht dus.
We vertrekken aan de Heizel. De tocht loopt deels door groengebieden, deels langs rustige woonstraten. Langs Oud-Laken, Thurn und Taxis en Oud-Molenbeek gaat het naar Anderlecht, met de tuinwijk Het Rad, de valleien van de Meylemeers en de Pede, en het Astridpark. Aan het Dapperheidsplein is volop lunchgelegenheid.
Nadien steken we meermaals de gewestgrens over. Langs het Peterbos bereiken we de tuinwijk Moortebeek. Het gehucht Paloke is een stukje Dilbeek binnen de Ring. Het Scheutbos en de Kasterlinde zijn onverwachte groengebieden. Langs de Moderne Wijk van architect Victor Bourgeois gaat het door Ganshoren en Jette naar de Modelwijk van Renaat Braem.
Stefan Van Camp begeleidt je op deze fietstocht van zo’n 50 km over een zo vlak mogelijk parcours. Deelnemers brengen hun eigen fiets mee.
